Nier-insufficiëntie

De belangrijkste functie van de nieren is de uitscheiding van metabole afvalstoffen, voornamelijk afkomstig van eiwitmetabolisme. Andere functies zijn onder meer de handhaving van de vochtbalans en de regulering van de elektrolytenhuishouding. Nierfalen heeft betrekking op een verstoring van één of meerdere van de nierfuncties en veroorzaakt ernstige afwijkingen in het metabolisme van nutriënten.

Bij zowel een acute als een chronische nierziekte resulteert de vermindering van de nierfunctie in ophoping van afvalstoffen in het lichaam. Een belangrijk symptoom van nierinsufficiëntie is stapeling van ureum (een afvalproduct van het eiwitmetabolisme) in het bloed. Daarnaast vermindert het vermogen om de vochtbalans en de elektrolytenhuishouding te reguleren. Bij acute nierziekten zijn deze processen omkeerbaar, in tegenstelling tot bij chronische nierziekten.

Chronische nierziekte manifesteert zich in een progressief verlies van nierfunctie. Uiteindelijk is dialyse of niertransplantatie noodzakelijk. In het algemeen hebben patiënten met nierinsufficiëntie speciale voedingsondersteuning nodig. Voldoende inname van de juiste eiwitten of aminozuren is noodzakelijk om eiwitondervoeding te voorkomen. Daarnaast moet er ook voor gezorgd worden dat de nieren niet worden overbelast met afvalproducten.